Deze plant heeft geen Nederlandse naam, Scillia automnalis klinkt het wetenschappelijk.
Deze sterhyacint is een prachtige najaarbloeier. Wanneer er voldoende bloemen zijn kunnen zij voor een paars tapijt zorgen boven de sedums en andere groendakplanten. Zo is een in het najaar toch nog een vleugje kleur op het groendak. Deze plant is dan ook heel populier bij vlinders. Van nature komt deze bolplant voor in Zuid Europa op droge habitats. Daar vormt hij in het najaar een late nectarbron voor vlinders en andere insecten. In Vlaanderen kan de soort bloeien vanaf eind juli tot midden september.

Regelmatig stellen we een bekende of minder bekende groendakplant voor. Deze maand druivenhyacint.

Hazenpootje (Trifolium arvense) is een heel leuk plantje dat een bijzondere bloeiwijze heeft. De bloementrossen vormen zijdezachte bolletjes die lijken op een hazenpootje. Het zijn de fluweelachtige haren van de bloemen die zorgen voor het zachte uiterlijk. De bloemen zelf zijn amper te zien. Het zijn heel kleine witte bloemetjes die roze worden naarmate ze langer staan. Als de vruchtjes rijp worden kleuren de bolletjes roodachtig. Trifolium wijst op de driedelige samengestelde bladen zoals bij vele klavers.

De plant kan 30 cm groot worden. Maar op een groendak blijft het eerder een laagblijvende plant met maar enkele bloemtrossen. Enkele van deze hazenpootjes geven het groendak een andere look. Hazenpootjes zijn niet enkel heel mooi maar ook erg populair bij nectarzoekende bijen en vlinders. Het is zelfs de waardplant (de rups voedt zich met deze plant) van het Icarusblauwtje. 

Vraag zeker naar zaad van dit plantje voor op jouw groendak! Je zal er veel plezier aan beleven.

Elke maand stellen we een bekende of minder bekende groendakplant voor. Deze maand Slangenkruid.

Slangenkruid (Echium vulgare), de bijenplant voor het groendak.

Slangenkruid is een ruw stekelachtig behaarde plant die rechtopstaande takken vormt met enkele zijtakken. De plant wordt meestal een halve meter groot. Tijdens de bloei geeft de plant vrij grote blauwe bloemen. De bloeiperiode begint eind mei en kan duren tot en met oktober met een piek tijdens juni en juli. De plant dankt haar naam aan de gespleten stempel (het vrouwelijk orgaan van de bloem) die lijkt op de tong van een slang.

Slangenkruid komt van nature voor op droge zandgronden. Deze plant vind je ook op verlaten industrie- of spoorwegterreinen. Ze zijn heel robuust en kunnen goed tegen de droogte. Vanaf 6 cm substraat kan slangenkruid voldoende groeien en vervolgens bloeien. Groendaken zullen niet snel gekoloniseert worden ook al staat er in de buurt slangenkruid. De zaden kiemen heel gemakkelijk maar zijn te zwaar om met de wind meegevoerd te worden. 

Slangenkruid is heel geliefd bij nectarzoekende insecten. Heel veel bijen maar ook vlinders zijn er dol op. Er is zelfs een solitaire bijensoort die leeft van enkel deze plant. De Slangenkruidbij (Osmia adunca) bezoekt enkel bloemen van slangenkruid en maakt een nestje in holle stengels en takken of tussen stenen. Dit is een zeldzame bijensoort in Vlaanderen. Een groendak met slangenkruid kan deze soort helpen.

Vraag zeker naar deze plant al u deze wenst op uw groendak!

Wist je dat het in de stad gemiddeld 1 à 2 graden warmer is in vergelijking met het platte land? En dit verschil kan zelfs oplopen tot 4 graden. Dit heet men het hitte-eiland effect of het urban heat island effect. Dit effect voel je goed wanneer je op een zomeravond de stad uitfietst richting platte land. De oorzaak van dit effect is de verstedelijkte omgeving die veel zonnewarmte opneemt. Hoewel een hogere temperatuur aangenaam lijkt, zorgt dit effect voor problemen tijdens hittegolven. De hoge temperaturen maken ons agressiever en minder productief, men wordt sneller ziek en er is een verhoogd sterftecijfer. Zo waren er tijdens de hittegolf van 2006 940 doden meer dan gemiddeld in België. Vooral zwakkere personen zijn gevoelig voor deze extra hoge temperaturen.

Elke maand stellen we een bekende of minder bekende groendakplant voor. Deze maand Bieslook.

Bieslook (Allium schoenoprasum), een sierlijke en eetbare plant die het goed doet op groendaken. 

Bieslook of pijpgras bestaat uit een knolletje waaraan groene holle stengelvormige bladen groeien. Op deze manier vormt de plant hogere pollen. In de late lente komen de bloemen te voorschijn. Dit zijn precies paarse bolletjes op een lange groene stengel. Met hun prachtige groei- en bloeiwijze is de bieslook een mooie afwisseling in een laag blijvend sedumtapijt.

Bieslook kan extreem goed tegen droogte zelfs wanneer alle bladeren verschroeid en afgestorven zijn zal de knol overleven en regenereren. Deze plant heeft geen grote behoefte aan een dik substraat. Een substraatdikte van 5 cm is meer dan voldoende. Bieslook is in staat zichzelf te zaaien en zal vrij snel uitbreiden naar de voor hem meest geschikte standplaats. Bieslook doet het ook goed in de schaduw.

Bieslook is heel populair in de kruidentuin. De bloemloze stengel wordt rauw gebruikt in salades, roerei, soep en sauzen. Het heeft een fijne ajuinsmaak. Er worden heel wat geneeskrachtige werkingen toegewezen aan Bieslook. Bieslook bevat een hoge concentratie vitamine C.

Kortom Bieslook is een heel mooie plant die op bijna elk groendak goed zal gedijen en wanneer je groendak eenvoudig bereikbaar is een aanvulling vormt voor de keuken.

We wensen u alvast veel leesplezier!